donderdag 31 december 2015

Het komt nu wel heel dichtbij

2015 was een vreemd jaar. Een stuk vreemder dan normaal, maar dat kan ook aan mij gelegen hebben natuurlijk. Hier en daar was er een flinke zwarte rand te vinden: PSV werd kampioen, Sc Genemuiden degradeerde uit de topklasse. Verder liet ik op een ochtend mijn brood te lang in de broodrooster zitten, opnieuw een zwarte rand.

Oh, en er was natuurlijk ook nog een karrenvracht aan wereldleed in 2o15. Wereldleed is heel sneu, maar zolang het wereldleed blijft en niet verandert in persoonlijk leed, valt het allemaal nog wel mee. Het is niet minder erg, we zien de afschuwelijke beelden op het journaal, gooien uit solidariteit een kek filtertje over onze Facebook foto’s en gaan door met leven. Zoals we het jaar begonnen, zo eindigden we het ook weer, met terreuraanslagen in Frankrijk. Laten we in de lieve vrede hopen dat dit geen traditie gaat worden, ik kan ondertussen ‘Overcome’ van Live niet meer aanhoren. Dat is ook een traditie, dat er na iets van een aanslag de meest deprimerende muziek op de radio komt. Daarna gaat de Vaderlandse media de straat en hoor je kreten als ‘het komt nu wel heel dichtbij’. Dat is misschien wel de mooiste zin ooit: ‘het komt nu wel heel dichtbij’. Laten we eerlijk zijn, dat Boko Haram in Afrika wekelijks mensen afslacht is wel sneu voor die mensen, maar dat is aan de andere kant van de wereld. Zodra het op een afstand begint te komen dat we er in enkele uren naar toe kunnen rijden, dan beginnen we ons zorgen te maken.

En dat was dus in 2015 net iets te vaak het geval, dat het nu wel heel dichtbij komt. Want ja, wie van ons is immers nog nooit in Parijs geweest? Of er langs gereden (lees: in de file gestaan) op weg naar een vakantieoord? Of gewoon een stokbroodje gegeten, dat is ook Frans, dus ook Parijs. Ja, het komt nu wel heel dichtbij. New York werd Madrid, Madrid werd Parijs en Parijs blijkt opgezet vanuit België. Een Belgische wijk waaruit terreuraanslagen worden opgezet, het komt nu wel heel dichtbij. België, het land met de uitstraling van een teddybeer, het land dat zo lief en onschuldig oogt dat je het altijd wel zou willen knuffelen. In dat België worden plannen gemaakt om de wereld kapot te maken. Het komt nu wel heel dichtbij. En ik sluit niet uit dat het nóg dichterbij komt. Dichterbij dan dat we allemaal zouden willen, dichterbij dan dat het überhaupt zou mogen.

Ik hoop oprecht dat het in het nieuwe jaar weer wat mooier en liever in de wereld gaat worden, dat bij sommige mensen jezelf opblazen in drukbevolkte gebieden niet onder de goede voornemens voor 2016 gaan vallen.
Over 2016 gesproken: het komt nu wel heel dichtbij.

donderdag 24 december 2015

Kerstmis trauma's bij Kassa 3

Rond kerstmis verandert de lokale buurtsuper in een jungle vol geflipte huisvrouwen. Vrouwen die hun afgeladen winkelwagentje gebruiken als botsauto en daarmee als een legertank door de paden manoeuvreren, ware het hun laatste dag op aarde. Alsof er nooit meer een feestdag komt. Alsof er überhaupt nooit meer een nieuwe dag komt.


Zodra Skyradio tweeënzeventig kerstliedjes per uur begint uit te spuwen, gebeurt er iets in het brein van het vrouwspersoon. Vanuit het niets ondergaan zij een gedaanteverwisseling. Ze transformeren ineens van moeders met een kort pittig kapsel, naar gemuteerde, bloeddorstige zombies. Nog steeds met een kort, pittig kapsel. Op zoek naar gourmetschotels. Gourmetschotels voor kerstavond, gourmetschotels voor eerste kerstdag en gourmetschotels voor tweede kerstdag. Zoals een seriemoordenaar door de nacht struint op zoek naar donkere steegjes om een prooi te verslinden, zo loeren deze theekransjes van middelbare leeftijd in de gangpaden naar ragoutbakjes in de vorm van een kerstster of naar dennenboom gevormde kerststollen.


In de volksmond wordt wel eens gezegd dat samen in de auto op vakantie naar landen als Frankrijk of Spanje dé ultieme relatietest is. Ik denk dat - zeker voor ons mannen - wanneer de situatie zich voordoet dat je met je vrouw mee moet naar de supermarkt om kerstinkopen te doen, dit minstens zo slecht voor je relatie is. Jaarlijks worden er in het bos honderden honden achtergelaten, vastgeknoopt, aan een boom. Over het aantal vrouwen die met een volle winkelwagen op de parkeerplaats door hun man worden achtergelaten, is niks bekend. Naar verluidt zijn dit er honderden, zo niet, duizenden. Het oude ‘pakje sigaretten halen’ is ingehaald door ‘schat, als jij nou even de boodschappen inlaadt, dan pak ik de auto vast’. Inderdaad, de auto wordt gepakt. Op weg naar een eenzame kerst op een versleten bungalowpark met Poolse arbeiders.


Vanochtend moest ik boodschappen doen, het kon niet anders. Een tsunami van geluid kwam mij tegemoet. Kakelende mensen die nog even snel via de telefoon hun boodschappenlijstje met het thuisfront doornemen, het geroezemoes tussen stellen over welk merk bier er ingeslagen moet worden, met daar tussendoor flarden van Chris Rea die in de auto onderweg naar huis is, een meisje wat kerstliedjes speelt op een piano en het geluid van tientallen winkelwagentjes. Winkelwagenwieltjes die piepend tot stilstand komen en een file vormen voor kassa drie. Truus, de vrouw van Berend, is ondertussen bezig om in een rap tempo een voorraad voedsel - waar menig Unicef tentenkamp jaloers op zou zijn - op de boodschappenband te mikken. Kassa drie blijkt de kassa waar alleen gepind kan worden. En waar Berend, de man van Truus, pas achterkomt terwijl hij zijn enveloppe met vakantiegeld tevoorschijn heeft getoverd. Op de achtergrond zingt Chris Rea nog steeds dat hij in de auto onderweg is naar huis.


Berend en Truus zijn ook onderweg, naar kassa twee. Waar je gewoon met cash kunt betalen.

zaterdag 19 december 2015

Bennie Jolink is dood, leve Bennie Jolink

Bennie Jolink is dood, leve de nieuwe Bennie Jolink.


Nou ja, hij is niet echt dood. Al schijnt dat na een optreden tegenwoordig niet heel veel meer te schelen. Nee, de muziek van Normaal gaat ophouden te bestaan, er zal niks nieuws meer bij komen en ook zullen ze niet meer touren langs druistige feesttenten vol neerkletterend bier en rondvliegend stro. Vandaag zullen de Achterhoekers in het Arnhemse Gelredome voor het laatst de tent afbreken.


En wie is daar bij? Juist > Nickje. Ik hoor u denken, “Nick, jij naar Normaal?”. Wel zeker, geliefde mensen. Boeren rock is mijn guilty pleasure. Ik hou er van, helemaal in tijden dat de ingewikkelde teksten van depressieve singer-songwriters als paddenstoelen uit de grond schieten. Dan zijn liedjes over ‘deernties in de kont kniepen’ en ‘zoepen int café’ een fijne tegenpool. Ik moet eerlijk zijn, Normaal is niet mijn favoriet. Ik vind een tiental liedjes wel aardig, maar er hangen geen posters van Bennie Jolink boven mijn bed. Met Mooi Wark heb ik nóg minder. Nee, de echte helden van het fenomeen ‘dialectrock’ komen voor mij uit de stal van Tante Rikie Records > Jovink & the Voederbietels. De mannen van Jovink zijn mijn jeugdidolen. En nee, het is niet heel goed. In de begindagen was het ronduit slecht. Maar deze gasten zetten een sfeertje neer waarin je meteen wordt opgezogen. Sowieso een dikke tip voor iedereen die naar de Zwarte Cross gaat: pak een optreden mee van Jovink. Het liefst in de tent op de camping, of in Café Harder waar ze voor slechts een man of zestig spelen. Na zo’n optreden ben je verkocht.


Goed, terug naar Normaal. Waarom ik dan toch heen ga? Ik heb ze nog nooit gezien. En aangezien een doorsnee leven niet is geslaagd zonder een concert van Normaal bezocht te hebben, is vandaag de laatste optie. Vriend B en ik waren nog huiverig of Bennie het wel zou halen. Ooit hadden we besloten dat we naar een concert van André Hazes moesten, voordat we de woorden goed en wel hadden uitgesproken stond André Hazes ineens in de ArenA. Of nou ja, stond. Hij lag eigenlijk. Op de middenstip. Sindsdien zijn we een beetje bang dat we met onze muzikale concertdrang onbewust artiesten de dood in jagen. Ik schrok mij daarom ook de touwtyfus toen ik het bericht meekreeg dat Bennie was opgenomen in het ziekenhuis. In een split second voelde ik mij de Magere Hein van de Vaderlandse muziekindustrie en was al plannen aan het smeden om de concertreeks van Marco Borsato aan te doen. Gelukkig, het bleek goed te gaan. Bennie staat vandaag gewoon op het podium.


En daarna? Wat gaat er ná vandaag gebeuren met het genre dialectrock? Jovink speelt nog sporadisch, Normaal helemaal niet meer. Is er nog hoop? JA! Bökkers. Bökkers is de hoop van het Nedersaksische rockgeluid. Bökkers is de nieuwe koning.

De koning is dood, leve de koning.

donderdag 10 december 2015

Matchday!

Matchday! Normaal zou ik de nacht voor een Europese pot ietwat onrustig slapen, vroeg wakker worden en het ontbijt met moeite wegkrijgen. Nee, vandaag heb ik dat gevoel dus niet. Leuk, zo’n poulefase, maar de kans op dit soort nietszeggende potjes is wel heel groot.
En ja, in theorie zouden we ons nog kunnen plaatsen voor de volgende ronde. En ik twijfel er ook niet aan dat we vanavond gewoon winnen van Molde FK. Maar ik zie Celtic niet winnen in Istanboel. De kans dat De Graafschap een punt zou pakken op bezoek bij Real Madrid is procentueel gezien even groot. Maar oké, het is voetbal. De bal is rond. Vul hier verder een derde cliché naar keuze in.

Zonde is het wel, want we zijn op stoom. In het begin van dit seizoen pakten we op een degelijke manier punten, de afgelopen periode gaat het - meestal - ook nog eens gepaard met goed voetbal. Daarnaast klopt er weer een nieuwe generatie spelers uit de wereldwijd nog steeds volop geroemde jeugdopleiding van Ajax op de deur van van het eerste, voor dit soort spelers is Europese weerstand een prima leerschool. En dan te beseffen dat jongens als Bazoer en Tete momenteel al onomstreden hun plekje hebben verworven in de basis elf. Sowieso een dikke tip voor een ieder die tijdens het gourmetten tijdens de kerstdagen zit opgescheept met aanhangers van PSV: laat tijdens een gesprek over parels uit de Ajax jeugd even de naam vallen van Bazoer, geheid dat je ze op de kast krijgt. Wanneer vervolgens deze personen je er op wijzen dat PSV aan het overwinteren is in de Champions League, dan mag je het loeihete gourmetpannetje op het voorhoofd van deze figuren planten.

Rest ons nog de vraag: moet Ajax in de winterstop nog versterkingen aantrekken? Milik lijkt aardig in vorm, maar verder is de spitspositie magertjes gevuld. Ik zou, als ik Marc was, alsnog een Ajax waardige spits aantrekken. Een beetje concurrentie is immers nooit verkeerd, het houdt de boel mooi scherp. Over scherpte gesproken, dit lijkt de Arsenal huurling Yaya Sanogo een beetje te missen. En dan is ‘een beetje’ nog een understatement. Op Twitter las ik dat Sanogo de Franse variant is op Njits. U weet wel, die gozer van het programma ‘Streetlab’ die aan het meetrainen was met Fc Utrecht en Schalke’04. En echt, ik geloof ook best dat Sanogo een prima kerel is, dat ‘ie z’n best doet. Zulke kreten zullen je misschien in de hoofdklasse nog aan het spelen krijgen, bij Ajax wordt er nét iets meer gevraagd.  

donderdag 3 december 2015

ZWAR-TE-PIET HOO-LI-GANS

Ik geef het maar meteen toe: ik ben een sucker for Sinterklaas. Het heeft iets speciaals, dat kneuterige, de polderversie van de Kerstman, groot in eenvoud, het is allemaal zo lekker Nederlands. Ook wel logisch, want in tegenstelling tot onze bevriende baardmans uit Groenland, luiden we het weerzien met Sint Nicolaas jaarlijks in met een grandioze parade per stoomboot. Als kindervriend sta je dan ten opzichte van de concurrentie toch mooi met 1-0 voor. Ik moet ook eerlijk zeggen dat ik Sinterklaas nog steeds magisch vind om te zien, al weet ik ook wel dat mijn buurman in dat pak zit, toch blijft het leuk. De kerstman heeft dat aanzien minder. De kerstman is toch een beetje de SBS6 onder de kindervrienden, iedereen kent het wel, maar je wilt er liever niet mee geassocieerd worden.

Ondertussen begint het oh zo ingeburgerde pepernoten partijtje voor jong en oud uit te monden in een veldslag. Een soort Sinterklhazastrook. Volwassen mensen staan elkaar naar het leven om iets wat dan wel, dan niet, racistisch zou zijn. Het wachten is op de eerste ‘Zwarten Pieten discussie dode’. Hetgeen niet heel lang meer kan duren, want dit loopt geheid de spuigaten uit. Het begint een beetje op supportersgeweld rondom voetbalwedstrijden te lijken, de een is ergens voor, de ander juist niet. En dat moet dan op een middeleeuwse manier worden uitgevochten. Eerst zal het aloude strijdlied *‘ZWAR-TE-PIET HOO-LI-GANS’ worden aangeheven, waarna de tegenstander met duizenden stukken kiezelhard taai-taai zal worden bestookt.

En weet je, racisme en/of discriminatie is ook heel vaak maar net in hoeverre je jezelf in de slachtoffer rol manoeuvreert. Kijk, ik heb een hekel aan douchegordijnen. Can’t stand them. En die krengen betasten mij. Want dat is wat ze doen, douchegordijnen raken je aan op plekken waarvan je niet wilt dat douchegordijnen dat doen. Nu zou ik kunnen vragen of ze wereldwijd de douchegordijnen in de ban willen doen. Zou kunnen. De kans dat dit gebeurt is klein, dus om het feit dat de douchegordijnen gewoon hun onzedelijke praktijken mogen blijven uitvoeren zou ik mij gediscrimineerd kunnen voelen. Ik zou huilend in een hoekje kunnen gaan zitten, of gaan demonstreren langs de stranden van Europa en hiermee de pret van alle andere vakantiegangers te bederven. Of, je stelt je niet zo aan en gaat proberen de wereld te verbeteren op de punten die er wél toe doen.

Ik weet trouwens wel dat ik makkelijk praten heb hoor. Genemuiden is geen Amsterdam of andere grote Nederlandse stad, het enige multiculturele aan Genemuiden is de afhaalchinees. Hier hebben we weer andere dingen waar we ons druk over maken.

Mocht u namelijk iemand tegenkomen die al ‘DOUCHE-GOR-DIJN HOO-LI-GANS’ schreeuwende andere vakantievierders aan het lastig vallen is, dan ben ik dat waarschijnlijk.

*Een strijdkreet die uit de voetbalwereld stamt om de tegenstander of überhaupt alles wat op zijn/haar pad komt te imponeren. Men neme de stad van de voetbalclub, hakt die in drie lettergrepen, en plak er vervolgens - ook in drie lettergrepen - hooligans achter.  Bijvoorbeeld: ‘AM-STER-DAM HOO-LI-GANS’. Of, wanneer u voor Sparta of Feijenoord bent: ‘ROTT-ER-DAM HOO-LI-GANS’.

woensdag 18 november 2015

Het verdwijnen van Sesamstraat

Het is hommeles in Tv-kijkend Nederland. Na bijna veertig jaar te hebben gediend als trouwe en vertrouwde kindervriend, verhuist een van de bekendste straten per 1 januari naar een themakanaal en naar de app. Dat betekent dat Bert, Tommie, Meneer Aart en Pienjo vanaf 2016 verdwijnen van de landelijke beeldbuis, dit besluit heeft tot nu toe voor veel ophef gezorgd bij het Sesamstraat kijkende volk: ze zijn het Ernie mee eens.

Veranderingen zijn natuurlijk nooit leuk. Als klein Nickje had mijn moeder nog wel eens de drang om mijn kamer schoon te maken en opnieuw in te richten. Dat schoonmaken was wel prima, het verplaatsen van al mijn spullen was iets waar ik minder tevreden over was. Menigmaal sjouwde ik als een volleerd verhuizer mijn bureau, kast en bed terug naar de oorspronkelijke rustplaats. Veranderingen zijn dingen waar je meestal gewoon even aan moet wennen. Een van de mooiste tegenargumenten (vooral werkgerelateerd) blijft toch wel: ‘we hebben het altijd zo gedaan’. Ja. Dat is een prima statement om nooit eens een verandering toe te passen.

Toch blijkt deze zin in de meeste gevallen ook te gelden op de reacties voor het verdwijnen van Sesamstraat. Men is, al veertig jaar, gewend aan Sesamstraat op de publieke omroep. Voor veel mensen zal het een stukje jeugd zijn dat uit hun gedachtegoed zal worden gesneden. Ergens wel begrijpelijk, maar in de realiteit blijkt dat live tv kijken steeds minder populair wordt. We Netflixen ons een slag in de rondte, er is een kudde YouTube sterren op komst waar ik werkelijk waar nog nooit van gehoord heb en menig programma scoort op uitzending gemist beter dan op het oorspronkelijke tijdstip. Zelf kijk ik alleen nog maar live naar het journaal en de voetbalwedstrijden van Ajax. Al besef ik me de laatste tijd dat bij Ajax de optie ‘even terugkijken en doorspoelen naar de hoogtepunten’ een beter alternatief zou zijn. Ook qua tijd zou het aanzienlijk schelen, tegenwoordig kun je de hoogtepunten van Ajax in zestig seconden samenvatten.

Kortom: de nieuwe generatie tv-kijkers zal voornamelijk kijken door middel van apps en dingen als uitzending gemist. Is dat erg? Neuh, het is de moderne tijd met nieuwe technologische snufjes. Vroeger hadden we de videoband, nu heb je Netflix. En ouders, het is toch ook veel handiger? Je kunt je kind naar zijn/haar favoriete programma laten kijken op het moment dat jullie het beste uit komt. Of dat nu tijdens het afwassen is, of tijdens iets anders (jaja, vul het zelf maar in, viespeuken) je zult geen kind aan je kind hebben.

zaterdag 14 november 2015

Noodlot

Het noodlot is een van de meest lugubere en wrede dingen op aarde, bijna op het idiote af. Immers, het gooit dagelijks wereldwijd misschien wel honderdduizenden, wat zeg ik: miljoenen levens overhoop. Direct, en indirect. Aan elk noodlot zit een verhaal. Een verhaal dat in gedachte nog niet op de laatste pagina van haar bestaan was gekomen, maar waar wel abrupt het laatste hoofdstuk van geschreven is.


Parijs, afgelopen weekend. Het noodlot sloeg opnieuw toe. Bij velen. Te veel om in één keer te kunnen bevatten. honderdtwintig - tot nu toe - dodelijke slachtoffers, duizenden levens die alleen al in Parijs binnen twee uur compleet verwoest werden. Het bizarre wil, dat er naast de terreurdaden ook nog de reguliere noodlottige doden te betreuren vielen. Mensen die verongelukken, getroffen werden door een hartaanval of gewoon hun laatste adem uit bliezen. De random noodlottige slachtoffers. De mensen die op een verkeerde tijd op de verkeerde plek waren. De mensen die na het ontbijt hun huis verlieten, maar nooit meer levend terugkwamen.


Niet alleen in Parijs. Overal in de wereld. Het noodlot is de vijand die je van achter besluipt en vervolgens genadeloos toeslaat. Het noodlot kerft diepe littekens in de ziel van nabestaanden, zonder dat het ooit met een verklaring komt. Het noodlot stopt niet, het weet nu al dat het vandaag, morgen, volgende week en de rest van ieders leven wéér oneindig veel slachtoffers gaat maken. Zonder dat zij er zich op dit moment ook maar één seconde van bewust zijn.


Grijp het leven bij de lurven, het noodlot werkt niet op afspraak.


“The real troubles in your life
are apt to be things that never crossed
your worried mind;
the kind that blindside you at 4pm on some idle Tuesday”.  

-Baz Luhrman - Sunscreen.

donderdag 5 november 2015

Baas in eigen huis

Wat is dat toch met ons kerels, mannen? In het begin van ons prille volwassene bestaan gedragen we ons als een stel losgeslagen holbewoners, maar wanneer er vrouwen in het spel komen dat ‘samenwonen/trouwen’ heet, lijken we ineens op circusaapjes die dansen naar de pijpen van uw aanstaande.


En ja, een mannenhuishouding is nogal een tikkie anders dan dat van een vrouw. Het is, zo heb ik ontdekt, een veel praktischer kijk op het leven. Het eerste wat ik deed toen ik onder de vleugels van moeders vandaan kwam was -ik beken- vrij rebels: ik keek de avondfilm op SBS6 helemaal af. Normaal moest ik tijdens Hart van Nederland naar bed en miste ik zodoende de ontknoping van elke film. Há, dat was mijn eerste overwinning. Ik wil niet beweren dat op jezelf wonen een avontuur is waar Indiana Jones jaloers op zou worden, maar het is wel bijzonder opwindend om zelf te ontdekken hoe je je eigen huishouden op de rit krijgt. En eerlijk, ik Google praktisch álles, zelfs de domste dingen. Verfrissend is het dat je hierdoor weer nieuwe ideeën krijgt. Zo vouw ik mijn shirtjes op met de befaamde ‘Japanse vouwkunsten’, het lijkt lastig, maar wanneer je me bezig ziet zou je zweren dat ik Aziatische roots heb.


Lieve, stoere en robuuste mannen van Nederland die overwegen om te trouwen, doe dit niet. Nee, het is niet zo dat ik niet geloof in de liefde hoor, cupido heeft mij tijdelijk in een soort van Bermudadriehoek van de liefde geparkeerd, maar persoonlijk vind ik dat iedere man eerst een x aantal jaar op zichzelf moet wonen voordat hij er een vrouw (of, wanneer u dat liever heeft, een man) toelaat in zijn natuurlijke habitat.
De grootste reden om dit te doen is om te kijken hoe je werkelijk in elkaar steekt,  zonder je meteen over te geven aan de regels van je nieuwe moeder: je vrouw. Of nog erger, een vrouw die de regels en wetten van haar eigen moeder heeft overgenomen. Noem het een ontdekkingsreis in eigen huis. Zie je woonkamer als een decor uit een James Bond film waarin je zelf acteert als 007. Doe dit. En voorkom het onderste:


Daar zit je dan. Op je ongemakkelijke trendy bank met uitzicht op een dressoir van Riverdale, waar zes geurkaarsen pronken met een gezamenlijke straatwaarde van tweehonderdtwintig euro die een walm van oriëntaalse koudgeperste walnoot gecombineerd met Tibetaans citroengras in je neus doen nestelen. Dit terwijl de TV staat afgestemd op Goede Tijden Slechte Tijden en je er in de acht minuten durende reclame drie keer aan wordt herinnert dat het woensdag is: en er dus een waargebeurde speelfilm op de buis komt. Ondertussen probeer je je partner nog om te kopen met twee sloffe pennywafels, dit omdat om kwart voor negen de halve finale Champions League tussen Bayern München & Barcelona gaat beginnen. Helaas trapt ze hier niet in omdat ze die middag bij Dr Phil heeft geleerd om niet over zich heen te laten lopen. Om je vervolgens met de twee pennywafels nog in je knuisten, die niet alleen slof, maar nu ook vermorzeld zijn, voor straf zonder drinken naar bed te sturen.

Ook geleerd van Dr Phil.

woensdag 28 oktober 2015

Een dagje Eindhoven

Als schrijver (ja, sorry, iedereen die iets schrijft is blijkbaar schrijver) mag je één keer in je literaire leven de ‘koningslied kaart’ trekken en hiermee dat ene befaamde zinnetje gebruiken. Een keer slechts, daarna niet meer. Dus, ik ga hem vandaag even inzetten.


Nou, dat was hem dan: de verliespartij waarvan je wist die zou komen. Zes tegen nul. Geen schande natuurlijk, maar verliezen is nooit leuk. Ook niet van de - op papier - beste club van Nederland. Er werd mij in de dagen voor de wedstrijd en op de dag zelf gevraagd of ik zenuwachtig was. Nee, natuurlijk niet. Daarvoor is het verschil te groot. Nou ja, ik was wel heel even zenuwachtig. Toen we aan het begin van de middag voor de poorten van het Philips Stadion de bus uitstapten, knalde er een auto met opgeschoten lokale *swekkers voorbij die ons meteen al uitmaakten voor ‘KANKER JODEN’. Wat zijn ze ook zo lekker gemoedelijk hè, die Brabanders. Toen dacht ik heel even: oké, wat een mafkezen, zou het hele centrum toevallig vol zitten met deze herfstvakantievierende VMBO’ers? Nou, er liepen er een paar. Verder was het uitgestorven op Stratumseind. Op een honderdvijftig/tweehonderd Gaellemunigers na die serenades brachten aan burgervader Eddy Bilder - lovend -, langslopend vrouwelijk schoon - ook lovend, soms iets minder flatteus - en natuurlijk onze lokale voetbaltrots. Boys will be boys hè, dat zal ook nooit veranderen vrees ik. En hoop ik.


Hoop ik, omdat ik werkelijk heb staan genieten van een paar kereltjes onder in het uitvak. Deze knaapjes waren hooguit een jaar of 7/8/9/10, maar liepen bij elk spannend moment van de wedstrijd op de wand van het plexiglas te rossen alsof hun leven er van af hing. Ja, zulke dingen vind ik dan mooi, een nieuwe generatie ‘S-side’ - wat een kut woord trouwens - supporters in aantocht. Na de nederlaag liep ik ze af, de achtentwintigduizend treden om op de omloop te komen, mezelf beseffende dat het ondanks de nederlaag toch een prachtige prestatie is geweest. Terwijl ik me als melkvee het stadion liet uitdrijven, stuitte ik op een pracht dialoog tussen twee vriendjes:

- Hé, kijk, er ligt een PSV sjaal op de grond
- Laat maar liggen, wie wil dat nu hebben?
- Ja, inderdaad, daarom ligt het ook op de grond
- PSV is een stomme club
- Ja, Genemuiden is veel leuker


Toen ik dit hoorde kon ik niks anders dan glimlachen. Het glimlachen ging daarna over in schaterlachen toen we doorkregen dat de halve binnenstad van Eindhoven werd afgezet door agenten. Voor wie? Negentien bussen met supporters uit Genemuiden die onder politiebegeleiding de stad werden uitgereden, voor heel even voelde ik me een ‘ekte ekte’,


Maar vooral een trotse Gaellemuniger. Een *ekte.


*Swegger: wezens die vooral uitblinken door hun foute kledingkeuze en lage IQ. U weet wel, trainingspakken, petjes, glimmende jasjes met bontkragen en nektasjes. De nozems van de eenentwintigste eeuw.

*Ekte. De ekte, of ekte ekte, is een synoniem voor iemand die bij een ‘harde kern’ zit, of dat denkt. Meestal spottend bedoelt.

zondag 25 oktober 2015

Wisselen tegen PSV

Lang zullen we leven in de gloria. Mijn geliefde Sportclub Genemuiden is afgelopen week vijfentachtig jaar geworden. En dat vieren we gedeeltelijk in Eindhoven. Ik ging vroeger met een kinderfeestje bowlen of zwemmen, maar met de lokale voetbalvereniging mogen we naar Stratumseind en het Philips Stadion, wederom een hoogtepunt in de historie van de groen-witte voetbalvereniging. Sowieso, een hoogtepunt beleven op vijfentachtig jarige leeftijd, dat is iets waar veel mannen alleen maar van kunnen dromen.


Goed, PSV dus. Voor mijzelf een prachtige loting, ik heb namelijk een pesthekel aan PSV. PSV heeft mij eind jaren negentig/begin jaren 2000 behoorlijk veel pijn gedaan. Ik ben Ajacied. En PSV werd jaren achtereen kampioen. U kunt dus wel nagaan dat mijn liefde voor deze club behoorlijk onderkoeld is geraakt. PSV wekt bij mij dezelfde gevoelens op als het stoten van je kleine teen aan de rand van een tafel/stoelpoot. Daarnaast straalt de club de warmte uit van een gesloten mortuarium. Wel op een normale manier hoor, de beste gesprekken over voetbal voer ik regelmatig met PSV supporters. Maar ik kan niet ontkennen dat een verliespartij van PSV mij als muziek in de oren klinkt.


Verder ben ik heel content met de tegenstander. Sowieso is een uitwedstrijd bij een eredivisie club dikke prima, je doet in de middag een biertje in de stad, en je komt nog eens op plekken waar je normaal niet zo snel komt. Al snap ik ook wel dat het financieel een stuk aantrekkelijker was geweest om PSV thuis te loten, maar aan de andere kant: voor hetzelfde geld loot je een uitwedstrijd tegen Capelle. En die wedstrijd kun je ook prima verliezen. Dan heb je ook een behoorlijke anticlimax, thuis ADO den Haag verslaan, en dan in de volgende ronde verliezen van Capelle, dat staat niet leuk in het aanstaande 100 jarig jubileumboek. Nee, dan liever uit naar PSV. Waar we op voorhand natuurlijk kansloos zijn, de score onder de tien houden zou al een prima prestatie zijn. Maar toch, het blijft voetbal. En in voetbal heb je altijd een kans.


Daarom een dikke tip aan de technische staf: we stellen de pupil van de week op. Die mogen de wedstrijd aftrappen en dan alleen op doel af om te scoren, maar als je zo’n knaapje gewoon in de basisopstelling zet, dan sta je dus gewoon voor. Bij PSV letten ze daar helemaal niet op joh, die zien een aftrap, komt een kereltje van twee turven hoog met een bal voorbij drentelen en denken: ‘oh ja, dat is de pupil van de week, die moet even scoren’. Vrije doortocht, Sc Genemuiden binnen tien seconden op 0-1.

En daarna meteen wisselen. Sc Genemuiden op voorsprong, én de beelden gaan de hele wereld over.

vrijdag 23 oktober 2015

#jesuisWSCvr1

Ik leef mee, dus ik besta. Dit is ook meteen het meest filosofische wat ik vandaag ga uitkramen. Wat meeleven is eigenlijk niet het goede woord. Nee, met meeleven zou ik me scharen achter de redactie van Pauw en al die andere sensatie beluste talkshows die jullie eigenlijk een beetje voor schut zetten op de Vaderlandse televisie. Want het is natuurlijk een leuke afwisseling, tussen de doodsaaie en politiek correcte lulverhalen over vluchtelingen en miljarden aan Griekenland, even een praatje maken met een dames voetbalelftal wat elke week met dubbele cijfers aan de broek krijgt. Lachen man.


Maar nee, zo werkt het niet. Ik snap jullie. Ik ben een man, ik heb hetzelfde doorgemaakt als jullie. Al vanaf mijn F-pupillen tijd werd ik tot mijn zeventiende wekelijks van de mat geveegd. Hier en daar zat er een sporadische overwinning tussen, maar meestal waren we al blij wanneer er geen dubbele cijfers op het wedstrijdformulier genoteerd hoefden te worden. Dat voelde als een overwinning, wij als Sc Genemuiden E8, tegen de gemuteerde polderbewoners van Marknesse E1, waarin altijd drie dispensatie spelers van zestien jaar uit de C junioren mee mochten doen, en dan maar met 9-3 verliezen. Dat was feest. Ranja en kleffe frikandellen met mayonaise waren onze beloningen voor deze enigszins aanvaardbare strafexpeditie op de vroege - meestal koude en natte - zaterdagochtend.


Want, ik snap het wel, zo komt het vooroordeel mooi naar boven dat vrouwen niet kunnen voetballen. En oké, ik ga niet zeggen dat jullie het wel kunnen hoor, want de cijfers spreken niet bepaald in jullie voordeel, maar jullie hebben wél elk weekend lol. Daarom zeg ik: #jesuisWSCvr1. Want er zijn zo ontiegelijk veel mannen die net als jullie niet kunnen voetballen. Alleen denken de meeste mannen soms dat ze de onbegrepen geniën uit de krochten van amateurvoetbal zijn, jullie kunnen het echter prima relativeren. Jullie zijn de schoonheid van het amateurvoetbal, plezier uitstralend pupillenvoetbal voor volwassenen. Fuck the haters die jullie bespotten, stiekem zijn ze jaloers. En ga het vieren. Vier het eerste doelpunt als een overwinning, vier de eerste punten als het winnen van de Champions League.

Ik als man, vier het aan de andere kant van het land met jullie mee. #jesuisWSCvr1

*Wsc vrouwen 1 is een team dat vorig seizoen alles verloor, meer dan 315 doelpunten tegen kreeg en zelf geen enkele maal doel trof. Dit seizoen gaat het iets beter: na vier wedstrijden staat de teller nog maar op veertig tegendoelpunten, op het eerste doelpunt dat de dames zelf scoren wordt nog steeds gewacht.

vrijdag 16 oktober 2015

Liefde voor de zweefmolen

Wanneer ik het luiden van een bel hoor klinken, word ik intens gelukkig. Nee, ik verwijs hierbij niet naar het café. Alhoewel me dat ook gelukkig maakt hoor. Nee, wanneer ik een klepel hoor neerdalen op een goudkleurig metallieken voorwerp, dan dwalen mijn gedachten automatisch af naar de derde week van oktober. Biestemarkt. Kermis. Bier. Oliebollen. Nog meer bier. Snert. En bier.

Om eerlijk te zijn, ik ben geen goede zweefmolenaar. Middelmatig meer. Het Heracles van de zweefmolen eredivisie. De eerste keer vergeet ik nooit meer, mijn vader voorin, Nickje achterin. Mijn vader was goed, lange benen, hoog springen, bijna met je hoofd tegen het dak. Doodsangsten en euforie wisselden elkaar binnen een nanoseconde af. Als kind van vijf of zes waande ik me een vogel in het luchtledige. Ik was verkocht. De zweefmolen en ik, het was liefde op het eerste gezicht.

Jarenlang was het een van de vaste onderdelen van mijn biestemarkt bestaan. Rond acht uur in de avond verzamelen op de kermis, kaartjes halen door middel van twee vijf cent muntstukken op elkaar te plakken zodat het vijf gulden leek, 'eem zeefm', en dat hup - ja jongelui, goed opletten - naar Bar de Nachtweg, Schippers of de Krulle. Plekken die met het jaar meer en meer geromantiseerd worden en waar menig relatie opbloeide, uit elkaar spatte of waar op z'n minst een flinke deuk in werd getrapt. Op dinsdagochtend een ontbijt met frikandellen, rondje zweefmolen, drie bier, brunchen met frikandellen, rondje langs het toilet. De echte die-hards gingen daarna opnieuw een rondje in de zweefmolen. Ikzelf was dan meestal al aan het meedeinen op ‘het slavenkoor’.

Tegenwoordig zweef ik bijna niet meer, alleen buiten Genemuiden. Festivals zijn favoriet. Mysteryland, Zwarte Cross, Pinkpop. Lowlands. Als er een zweefmolen te vinden was, dan zat ik er in. Eens te meer blijkt tijdens zulke gelegenheden dat de zweefmolen een speciale aantrekkingskracht op Gaellemunigers heeft. Zoals Bassie & Adriaan bij elkaar horen, zo horen de zweefmolen en wij *dorpelingen ook bij elkaar. Ook al is het geen dagelijks weerzien, wanneer we elkaar ontmoeten is meteen dikke mik. Het mooie is ook, je kunt de Gaellemunigers ook in één oogopslag onderscheiden van het andere volk. Het andere volk draait rustig hun rondjes, wij willen met ons hoofd het liefst het dak van de attractie er uit koppen. De muziek van het draaiorgel, kapotte schenen, het gekletter van de bel, het onbezorgde zweven door de lucht, het zijn de ingrediënten waardoor ik me weer even zeventien voel.

*Jaja, dorpelingen. Ik weet dat we op papier een stad zijn, rustig maar. Binnenkort komt er een vierhonderd woorden tellend opstel over deze dorp/stad kwestie.

zondag 11 oktober 2015

Asielzoekers bekogelen met eieren

Bij een AZC in Woerden hebben mannen met bivakmutsen een vluchtelingenkamp bekogeld met eieren. Iedereen heeft natuurlijk recht op een mening. Eenieder heeft ook alle vrijheid om deze vervolgens uit te dragen. Ik ben bijvoorbeeld lid van een werkgroep die er voor wil pleiten dat dat ene lekkertje van het journaal - Dionne Stax - vanaf heden enkel nog in lingerie het nieuws gaat presenteren. ‘Dionne in lingerie, anders kijk ik nie’. Met zelfgemaakte spandoeken gaan wij dagelijks voor het NOS gebouw de barricades op, om te strijden voor onze idealen. Zonder succes, tot nu toe.

En ik snap het ergens wel, dat je er niet op zit te wachten: honderden asielzoekers als nieuwbakken buurtjes. Je weet normaliter al niet wat voor psychopaten er naast je wonen, laat staan dat er een hele kudde getraumatiseerde oorlogsslachtoffers naast je neerstrijkt. Ikzelf heb overigens hele leuke buren. Eerlijk. Geen kwaad woord over mijn buren. Ze nemen netjes de postpakketjes voor me aan, en als ze een kopje suiker nodig zijn, dan gaan ze gewoon naar de supermarkt. Dus ik heb geen klagen. Over vluchtelingen heb ik eigenlijk ook geen mening. Ze zijn er. Heel vervelend, en er moet een oplossing voor komen, maar ze zijn er gewoon. Net als piratenmuziek. Zit ook geen weldenkend mens op te wachten, maar toch is het er.

Omdat wij als Nederland bijzonder slecht zijn in ruzie maken, komen er dus drommen vluchtelingen naar ons land. En dat hebben we ook aan onszelf te danken hoor, wij maken geen vuist. Hier is het gewoon veilig. Kijk, vroeger in de tijden van zeerovers zoals Ivan de Veenboer, toen was Nederland niet echt een land waar je voor je plezier ging schuilen in barre tijden. Nu wel. En wat doen de tegenstanders? Die bekogelen de asielzoekers met eieren. Inderdaad. Eieren. Dat heeft geen zin, die mensen denken juist dat het een vriendelijk gebaar is. Die zijn bommen en granaten gewend, maar in Nederland gooien ze met voedsel. Met eieren bereik je hetzelfde als IS strijders die Syrië bombarderen met knuffelberen, of Ajax en Feyenoord hooligans die elkaar in een weiland te lijf gaan met waterballonnen. Het is eerder lachwekkend dan haatzaaierij. Wanneer je als fanatiek anti asielzoeker een punt wilt maken, dan zul je toch echt over moeten stappen op grover geschut. Vierendelen, bijvoorbeeld. Of vierentwintig uur per dag de nieuwe single van Gerard Joling door de speakers laten schallen.

Maar met eieren gooien? Nee, dat doen we alleen met Pasen.

maandag 5 oktober 2015

Stoptober

Voor iemand die niet rookt ben ik best pro roken. Bij sommige mensen staat het ook gewoon goed, roken. Om een begenadigd roker te worden, zou je eigenlijk al stage moeten lopen op het schoolplein tijdens het voortgezet onderwijs. Nu vond ik het al een hels karwij om ongeschonden vanuit de leslokalen naar de kantine te sluipen, laat staan om in de pauze nog eens langs de kluisjes te lopen. Een plek die zich het best laat omschrijven als een ophoping van draaideurcriminelen in wording, die er een hobby van maakten om brugklassers uit provinciale dorpen te gebruiken als levende boksbal. Neuh. Zo stoer waren en/of zijn we nu ook weer niet. En om nou na je dertigste nog te beginnen, dat heeft ook iets treurigs. Überhaupt na je twintigste nog beginnen met roken, dan zit je al wel in de pre fase van een midlifecrisis.

Als niet roker is het ook niet makkelijk hoor, mensheid. Welnee. Om de haverklap verdwijnen er bosjes mensen uit kroegen en kantines om buiten te gaan staan paffen. Je zou er bijna zelf bij gaan staan, gewoon, om niks van het gesprek te hoeven missen. Daarom moet het rookverbod in de café’s en kantines weer opgeheven worden, het scheelt de groep niet rokers twee á drie keelontstekingen per jaar.

Daarom zeg ik ook, als je ooit bent begonnen met roken, blijf lekker roken. Zie het als een hobby. De een spaart postzegels of doet aan vliegtuig spotten, de ander rookt. Roken is ook geen slechte gewoonte, echt niet. Telkens op een eerste afspraakje je date na een avondje bioscoop met tayraps een week vasthouden in de kofferbak van je auto, om haar daarna met een figuurzaag in prachtige motieven te zagen en te dumpen in een rivier. Dat is een slechte gewoonte. Maar roken niet.

Waar ze dat ook mee mogen doen, dat met die tayraps en kofferbakken: mensen met zo'n elektrische sigaret. De zogenaamde 'E-smoker'. Oh, dat zijn vervelende mensen. Die lopen expres de ruimtes in waar een rookverbod geldt, gaan opzichtig lurken aan hun verfomfaaide USB stick, en dan maar wachten tot er iemand wat van gaat zeggen. Dat is net zo idioot als een alcoholist die wil stoppen met drinken en daarom lege flesjes bier gaat vullen met water ‘om toch het idee te hebben dat je drinkt’. Ja, want dat is het idee achter de E-smoker. Dat je net het idee hebt dat je rookt, maar het op een verantwoorde manier doet. Je houdt jezelf dus voor de gek.

De E-smoker is het Sinterklaasverhaal voor volwassenen.

dinsdag 29 september 2015

Ridders & Life Coaches

Brandweerman, dat wilden alle stoere jongens in de klas worden. Of, als je je wilde onderscheiden van de rest: ridder. Dat was ook best te doen, want mensen overhoop steken met een scherp voorwerp of vechten tegen driekoppige draken spreekt toch elk menselijk wezen met een plasser aan. In de ontwikkeling die je vervolgens als mens doormaakt, ebt dat bij de meeste mannen weer weg. Alhoewel er een bepaald gedeelte van de mannen (lees: oranje overals, baarden, woestijn en besneden plassers) nog dagelijks vindt dat het zijn mening met iets vlijmscherps kracht moet bijzetten. Bij voorkeur op een halsslagader.


Goed, banen die je als kind leuk vond. Ik dwaal een beetje af. Vroeger wou ik agent worden. Dat leek me gaaf, bij de politie. En ik moet zeggen, dat bij de politie komen is wel gelukt. Met huilende sirenes naar het bureau in Zwolle, op volle snelheid. Ja, dat hebben we allemaal wel meegemaakt. Oké, niet helemaal in de hoedanigheid zoals ik het vroeger voor me zag, maar goed. Profvoetballer leek me ook gaaf. Mensen die mij tegenwoordig zien voetballen, reageren hetzelfde als leek in de kunstwereld die ze een abstract schilderij onder de neus drukken: ‘dat kan mijn neefje van twee ook’. Hetgeen nog niet eens overdreven is.


Nee, wat tegenwoordig helemaal in is: een life coach. Een life coach is eigenlijk niks anders dan een duurbetaalde wildvreemde die zich voordoet als een goede vriend. Een life coach fluistert je de woorden in die je zelf wilt horen. Als je de steriel witte spreekkamer binnenwandelt en neerploft op de steriel witte kalfslederen sofa, dan zal je life coach aan je vragen wat je denkt. Zo’n gesprek kan dan twee kanten op:


“En, wat gaat er in je om?”
“Ja, ik zit te denken om te stoppen met mijn politieke activiteiten, het kost te veel energie.”
“Heel slim, als je er geen vertrouwen in hebt, gewoon niet doen.”


Of, deze kant:


“En, wat gaat er in je om?”
“Ja, ik zit er aan te denken om mijn politieke activiteiten weer op te pakken, zoiets geeft me energie.”
“Heel verstandig, meteen doen, als het je dingen oplevert moet je het altijd oppakken.”


Een life coach vertelt je dus altijd wat je onderbuikgevoel je al doorseint. Alleen dan voor hetzelfde uurtarief van een weekje all-inclusive naar Turkije. Eigenlijk lijkt het me ook wel een mooi beroep, dat life coach gebeuren. De mensen hun verhaal laten doen, wierook stokjes aansteken en dan wat semi filosofische kreten het luchtledige inwerpen. Waarom ik het dan niet gewoon word?

Ik weet niet of ik het wel kan.

woensdag 23 september 2015

ADO thuis, groene rook uit het Vaticaan

Als mannen van in de dertig besloten we de corteo even te laten voor wat het was. Aangezien mijn vrijgezelle mancave voorzien is van blote vrouwen - op de muur - en een vakkundig gevulde koelkast, werd er besloten om in huize Hoekman alvast in de stemming te komen voor een avondje voetbal. Tegensputteren van mijn kant bleek zinloos.
Er hing een ietwat gespannen sfeertje, immers, ADO Den Haag komt op bezoek, en dat is nou niet bepaald de club met supporters die langs de deuren gaan om zelf gebakken koekjes te slijten voor het goede doel. Nou ja, misschien dat ze wel langs deuren gaan. Ach, u mag het zelf verder invullen.


Goed, ADO dus. Op voorhand waren we het er wel over eens dat er twee mogelijkheden waren. Ofwel, we zouden worden overklast en met 6/7/8 doelpunten verschil het veld afdruipen, óf we zouden dit Haagse varkentje wel even wassen. En heel eerlijk, na veertig minuten leek het eerste scenario het meest voor de hand liggende. En ja, wat kan voetbal dan ineens een gek spelletje zijn hè? Ineens sta je door een dood spelmoment en een sublieme aanval weer op gelijke hoogte tegen elf ongeïnspireerd ogende slapjanussen uit de Hofstad. Voor zover ik dat zelf kon zien hoor, ik heb namelijk enkele delen van de wedstrijd moeten missen omdat er door een groene rookontwikkeling geen fatsoenlijk zicht op veld mogelijk was. Deze rook staat voor mij als voorbeeld van de wederopstanding van Sportclub. Waar in het Vaticaan de witte rook staat voor een nieuwe paus, daar stond de groene rook tegen ADO synoniem voor het opstaan van ‘eigen jongens’ die zich een slag in de rondte hebben gewerkt voor het team. Genemuiden is weer een aantal types Jan van Halst rijker.


Wat volgde was een thriller. Een thriller met een verhaallijn die zelfs Dan Brown niet uit zijn ganzenveren pen zou kunnen toveren. Dertig minuten verlengen is niet goed voor de gezondheid van een mens, als je dan als underdog met een man minder óók nog eens op voorsprong komt tegen een eredivisie ploeg, dan kost je dat zeker enkele levensjaren. Tijdens het laatste kwartier van de verlenging nam mijn lichaam de houding aan van een bezoeker tijdens Wimbledon. Mijn hoofd maakte elke seconde de beweging van het veld naar het scorebord. Seconden duurden minuten, minuten duurden uren. Toen ADO alsnog de gelijkmaker tegen de touwen joeg, leek het alsof er een deken van rouw over het sportpark viel, ‘HET ZAL TOCH NIET ZO ZIJN DAT WE HET ALSNOG LATEN GLIPPEN?’. Nee. We lieten het niet glippen. Genemuiden nam de strafschoppen beter en zal daarom opnieuw in de grabbelton van de KNVB Beker verdwijnen.


Daar liep ik, dronken van geluk, half dronken van het bier de nacht in. Met om mijn hoofd nog iets wat op flarden groene rook zou kunnen lijken, op weg naar een nieuw hoofdstuk in de rijkgevulde historie van mijn groen-witte liefde.

Sportcluppers dat zijn wij allen, en daarom zijn wij zo trots.

vrijdag 18 september 2015

Kindermonopoly

Stom hè, dat sommige dingen beginnen te wennen. Als een hond die elke week door zijn alcoholische baasje half mank in de goot wordt getrapt, maar toch steeds weer terugkomt naar huis. Zo voel ik mij momenteel als Ajacied. Eerder - lees: toen ik achttien was - kon ik mij opwinden over het vertoonde spel, werd ik furieus als de spelers niet genoeg inzet toonden. En nu? Gelatenheid. Cynisme is - vooral op Twitter, een van de weinige medicijnen die nog enigszins pijn verzachtend werken. In een vlaag van verstandsverbijstering hoopte ik in de wedstrijd tegen Celtic op een invalbeurt van Rob Wielaert. U merkt dat het medicijn er voor zorgt dat ik begin te ijlen. 

En waarom zou je je als supporter nog druk maken? Oké, ik snap de jonge garde wel. Ideaalbeeld, het oude logo, alles weer net als vroeger. Maar haal je daarmee wel de angel uit het probleem? Wat heeft het voor zin om je over iets op te winden als je ziet dat het bestuur de club leidt als een vierjarig meisje dat monopoly mag spelen tegen haar ouders? Die maakt ook dezelfde fouten. Met veel geld op de bank dingen kopen waar je in het spel totaal niks aan hebt. Sanogo is de dorpsstraat van het monopoly. Die gehaald is omdat er een penvriendin van het dochtertje ergens in het land óók op de dorpsstraat woont. Daarom kocht ze de dorpsstraat, omdat ze contact heeft met dat meisje, terwijl ze op de bank de knaken heeft om met gemak een hotel op de Kalverstraat te zetten. Ik zal er ook niet raar van opkijken dat door de geweldige contacten van ons bestuur spelers als Klaassen, Bazoer of Riedewald voor een fooi gaan vertrekken naar clubs als Arsenal, Manchester United of Barcelona.


Ik geloof echt wel dat de spelers hun best doen, eerlijk. Maar het spel staat wel synoniem aan het dagelijks bestuur: na jaren trouwe dienst blijkt er een geschil met de leverancier van de vlaggetjes. Resultaat, geen vlaggetjes. Een beursgenoteerd bedrijf met een wereldwijd netwerk is niet in staat om binnen 48 uur vijftigduizend vlaggetjes van plastic te laten drukken. Dit soort dingen zie je ook terug bij het samenstellen van de selectie: Ajax zoekt een stand-in voor Milik. Komt uit bij Sanogo. De competitie is amper één maand oud, Milik zit op de bank en Sanogo mag zijn minuten gaan maken bij Jong Ajax. Op de een of andere manier lijkt het allemaal zo verschrikkelijk amateuristisch. En ja, vanaf de zijkant is het makkelijk schreeuwen.

Maar ze geven ons er ook alle reden toe.

zondag 13 september 2015

Heroïne

U mag mij een verslaafde noemen, zo eerlijk ben ik wel. Het begon ooit met Baantjer, je moet klein beginnen nietwaar? Uren, misschien wel dagen heb ik vergooid met het kijken van deze serie. Tot het moment kwam dat ik bij mezelf dacht dat er meer in de wereld moet zijn dan Baantjer. Immers, je kijkt naar iets waarvan ze binnen twintig minuten een dader denken te hebben, maar dat kan nooit de echte dader zijn want ze moeten nóg vijfentwintig minuten vullen. Op het einde blijkt de uiteindelijke dader altijd iemand die in het begin van de aflevering als getuige is verhoord. Tegenwoordig is Vledder uit Baantjer ook te zien als opsporingsambtenaar in Flikken Maastricht. Een serie die zich volgens de VARA gids afspeelt in Maastricht, maar voor 90% is opgenomen in Amsterdam. Een soort Sesamstraat voor volwassenen. Met Angela Schijf in de rol van Meneer Aart. Onbegrijpelijk dat deze serie ooit een Televizier-ring heeft gekregen. Alsof ze Lex Immers boven Messi en Ronaldo kronen tot wereldvoetballer van het jaar.


Nee, dan Penoza. Penoza is als een Thaise prostituee, dat gaat nooit vervelen. Zelden iets gehad dat zo onder mijn huid is gaan zitten als Penoza. Dankzij deze serie pis ik in mijn broek wanneer er een motor voor mijn huis stopt en de bestuurder een helm met getint glas draagt (Weet u nog, seizoen 1). Sowieso geven series soms een andere kijk op de realiteit. Door Homeland ben ik er zeker van dat elke militair een moslimterrorist is, Breaking Bad heeft er voor gezorgd dat er in elke scheikundeleraar een drugsdealer schuilt en dankzij Sons of Anarchy denk ik oprecht dat de zogenoemde '1%' motorclubs criminele organisaties zijn.


Series zijn verslavend. Mijn vader wou nooit aan Penoza beginnen, om de doodeenvoudige reden dat hij "geen programma's kijkt waar de verschrikkelijke Thomas Acda in speelt". Toen ik hem ervan had overtuigd dat de beste man binnen twee afleveringen doorzeefd zou worden met kogels, was ook mijn vader om en draaiden we tijdens het gourmetten op 2e kerstdag zowel seizoen één als twee van Penoza er doorheen. Ik zie het dan ook als een plicht om mensen te besmetten met het Penoza virus. Zie mij als een Jehova's getuige die bij onwetenden een voet tussen de deur zet, met in mijn handen geen bijbel, maar seizoen 1,2 en 3 van Penoza op dvd.

Ik ben een junk, en Penoza is mijn heroïne.

vrijdag 11 september 2015

FDS

Vraag een Nederlandse voetballer op welke accommodatie ze liever niet komen, en geheid dat ze iets antwoorden in de richting van ‘Almere City’ of ‘Telstar’, of wanneer je de wat oudere spelers treft: ‘Veendam’. Toch jammer dat ze dan nog nooit op een van de meest afschrikwekkende sportparken van Nederland zijn geweest, namelijk het ‘J.D. Maurikveld’ te Havelterberg. Voor de mensen die niet zo thuis zijn in de kelder van het amateurvoetbal, hier spelen de teams van FDS hun wedstrijden. Ik moet eerlijk zijn, tussen FDS en mij bloeit een glorieuze haat/liefde verhouding. Alhoewel die helemaal van mijn kant afkomt hoor, de kans dat ze bij FDS überhaupt weten wie ik ben lijkt me procentueel even groot als een plaatsing van Oranje op het EK in Frankrijk.

FDS is alles wat je haat tijdens een uitwedstrijd bij een seniorenwedstrijd. De douches zijn kut, je hebt de scheids - en dus minimaal één penalty - tegen, er staat publiek langs de kant, het regent en waait er altijd en met een beetje pech speelde je - destijds - tegen het halve eerste. Ja, destijds. Jarenlang had FDS de beschikking over slechts één elftal. Echter ben ik
al zo oud, dat we met het tiende elftal van Genemuiden mochten aantreden tegen het 3e of 2e van FDS. Het kon daarom ook gebeuren dat de topscoorder van het 2e, tegen ons in de heenwedstrijd al goed voor vier doelpunten, tijdens de return opeens van het toneel was verdwenen omdat het vlaggenschip van FDS een geblesseerde keeper had. Niet dat dat nu meteen in ons voordeel werkte, we dropen alsnog met 5-1 van het veld. Oh, zou ik dat toch bijna helemaal vergeten, het veld: maffia praktijken. U verwacht het niet bij een vereniging uit Havelterberg, maar het veld ligt ook op een berg. En ja, dat loopt dus af. Of op, het is maar net aan welke kant u staat natuurlijk. Boze tongen beweren dat er 90 centimeter hoogteverschil zit tussen beide doelen. Een schatting, die ik direct als waarheid aanneem.

Maar ja, het heeft ook wel iets. Ik ben dan weer zo’n romanticus die dat mooi vindt, zo’n vereniging. Een plek die je, wanneer je er eenmaal geweest bent, ook niet snel uit je geheugen gewist krijgt. Zo’n vereniging, met hoogpolige kleedjes op de tafel in de kantine. Met werkelijk een van de beste gehaktballen - uit eigen keuken - die ik ooit op een sportpark heb geproefd. Ja, FDS heeft wel mijn hart gestolen. Daarom vind ik het ook prachtig om te lezen dat de club weer een elftal op prestatie niveau laat uitkomen, spelers van omringende verenigingen die FDS weer op de voetbalkaart proberen te zetten. Mooi.

Daarom zeg ik, als liefhebber: Kom op de Baarg! Hup FDS.

Ps: de douches zijn intussen prima hoor.

maandag 7 september 2015

Bang

Mocht het u gisteravond of anders vanochtend bij het koffiezetapparaat of de kopieermachine zijn ontgaan: Oranje heeft verloren. Van Turkije. In heel Europa zijn na afloop van de wedstrijd miljoenen autorijdende Turken toeterend ten tonele verschenen. In Genemuiden ook toeterende toestanden, geen Turken. Nee, het was de overbuurman die zijn vrouw vanuit de auto aanspoorde om de badkamer te verlaten en naast hem in de bolide plaats te nemen.

De kansen dat Oranje aankomende zomer alsnog op het EK in Frankrijk actief zal zijn, is procentueel even groot als de Friese Elfstedentocht tijdens de bouwvakvakantie. En dan acht ik die optie nog groter. Dat de equipe van Danny Blind in Turkije - opnieuw - niet thuis gaf, zou volgens de NOS commentator wel eens kunnen liggen aan de vijandige sfeer in het stadion. Pardon? Hoezo zouden onze vedetten zich daar door laten afschrikken? Oké, het was een heksenketel. Maar hoe vijandig kan dat zijn? Dacht de beste man - wiens naam ik oprecht niet weet, waarschijnlijk was het een Jeroen, zo heten ze allemaal - dat de spelers bang waren dat ze gelyncht zouden worden na een overwinning?

Bang, wat is bang? Bang is wakker worden terwijl je huis in brand staat, bang is met je auto een kanaal inrijden, bang is met je kinderen op de vlucht zijn voor oorlog. Dat is bang. Niet omringt door honderden officials van de UEFA en lokale veiligheidsofficieren een partijtje voetbal afwerken. “Maar Nick, voetbal kan toch ook best beangstigend zijn”. Natuurlijk wel. Met je lokale seniorenteam in de diepe krochten van het amateurvoetbal spelen tegen een elftal vol woonwagenbewoners, die ook hun familie en vrienden langs de kant hebben staan en bij elk terecht vlagsignaal van je tot grensrechter gedegradeerde teamgenoot iets meer schuim op hun mondhoeken krijgen en zelfs beginnen te grommen. Snel even tellen en dan een rekensom maken: wij hebben er dertien, waaronder iemand die al uit de wedstrijd is geschopt, een grensrechter en de coach. Twaalfenhalf dus eigenlijk. Hun zevenentwintig, inclusief scheidsrechter, grensrechter en supporters. Opeens wegen dingen als de liefde voor je eigen voortanden en oogkassen die intact blijven zwaarder dan een overwinning of zelfs een gelijkspel. Dan ben je heel opgelucht wanneer je - met de shampoo nog in je haren - heelhuids in de auto op weg naar huis bent.

Omstandigheden die onze opgedirkte vertolkers van het Nationale voetbalteam nooit tegen zullen komen, ben ik bang.

donderdag 3 september 2015

Transfernieuws uit het kalifaat

Na Memphis Depay - Manchester United, is er opnieuw een Nederlander vertrokken naar een buitenlandse grootmacht. Een zesentwintigjarige sergeant van de Koninklijke luchtmacht heeft zich aangesloten bij terreurbeweging IS. Alhoewel er geen mededelingen zijn gedaan over de transfersom, noemde Minister Rutte vandaag de overstap “behoorlijk wrang”, hetgeen kan betekenen dat de persoon in kwestie in bezit was van een aflopend contract. Ook is er weinig bekend over het spelersprofiel van deze jongeman. Naar verluidt wordt hij geroemd om zijn dodelijke schoten van afstand en schijnt hij een echte afmaker binnen het zestienmetergebied te zijn.

Op het moment van schrijven is het niet bekend wat IS met hun nieuwbakken selectiespeler van plan is, mogelijk volgt er een verhuurperiode aan een kleinere organisatie. “Dat klopt, wij verhuren wel vaker onze aanwinsten een x aantal maanden uit aan wat kleinere netwerken, zodat ze een beetje kunnen wennen. Inmiddels heeft een bevriende familie uit de Limburgse onderwereld al geïnformeerd naar de mogelijkheden, alsmede enkele motorbende’s uit Duitsland en Oostenrijk”. Aldus de persvoorlichter van IS.

Wat de consequenties van deze overstap voor een eventuele oproep voor Oranje betekenen, wilde de KNVB ons niet vertellen. “Al acht ik de kans dat hij dankzij IS in het Oranje op tv verschijnt, een stuk groter is dan bij ons”, sprak de verbouwereerde nieuwbakken bondscoach Danny Blind.

Volgens zaakwaarnemer Mino Raiola is de overstap een logische: “Mijn cliënt wil graag op het hoogste niveau acteren, wij zijn erg blij dat hij bij IS die kans krijgt”.

Niet bekend is of IS de Nederlander heeft ingeschreven voor de Champions League.

woensdag 2 september 2015

De week van Jasper

Jablonec uit

Na de wedstrijd tegen Jablonec ben ik in de foetushouding in een hoek gekropen. Daar heb ik vier uur als een aangereden zielig hoopje kat zachtjes liggen huilen. Liggen jammeren met het idee dat ik die negentig minuten ook had kunnen besteden om de wereldvrede dichterbij te brengen. Ajax voelt aan als een bloederig plaats delict van een criminele afrekening, je verstand zegt dat je niet moet kijken, maar toch doe je het tegen beter weten in wel.

Het meest treurige vond ik nog wel gedrag van onze Jasper. Als je niet beter wist en alleen de beelden van een juichende Cillessen hebt gezien, zou je zweren dat hij zojuist eigenhandig de penaltyreeks van de Champions League finale over de streep heeft getrokken. De waarheid is echter dat hij euforisch werd omdat een Tsjechische semiprof met stom toeval een bal vanaf elf meter op de paal wist te mikken. Dat was heel sneu. Jasper ging aan de haal met een eer die hem helemaal niet toe kwam. Cillessen acteerde als een van de passagiers die beginnen te klappen wanneer een piloot het vliegtuig aan de grond heeft gezet, je was slechts een figurant die het winnen van een Oscar vierde.

ADO thuis

Zie je, we kunnen het ook wel. Ajax oogde fris en fruitig, wou duidelijk iets rechtzetten tegen een club die ons nog steeds als een rivaal ziet. Terwijl ik ADO meer zie als het lastige buurjongetje van tien, die met een erwtenschieter telkens onze ramen als mikpunt ziet. ADO doet ons tegenwoordig nooit meer écht pijn, hooguit zijn ze wat vervelend. Jasper kreeg niet heel veel te doen, ranselde wel op onnavolgbare wijze een kopbal van Havenaar uit het doel. Dankzij deze katachtige redding is Jasper nog steeds in de race om de records van Heinz - kroket - Stuy en Edwin van der Sar te laten sneuvelen.

Niet/wel/niet/wel/niet/wel/niet

Het lot van Ajax lag de afgelopen dagen vooral in handen van kapitaalkrachtige clubs. Wanneer de transfer van De Gea naar Real Madrid zou worden beklonken, zou de carrousel met vertrekkende doelwachters vanzelf op gang komen. Een vertrek van Jasper zou dan ineens dichterbij zijn dan we zouden willen, een nieuw kampioenschap opeens een stukje verder weg. Het gestuntel met papierwerk zorgt uiteindelijk voor een hard gelag aan Madrileense kant. Door eigen falen Dries Roelvink op je bruiloft laten zingen, terwijl de knaken voor U2 al gereserveerd waren.

Winterstop

Doordat Ajax zich niet heeft weten te plaatsen voor de Champions League, maakt het zichzelf ook een stuk kwetsbaarder voor transfers van topspelers in de tussentijdse transferperiode. Deze zijn immers na de winterstop nog gewoon inzetbaar in de Champions League. En dan? Wat als Cillessen in de winterstop alsnog wordt weggekaapt?

Warner Hahn. Wat zegt u? Een kakkerlak/Feyenoorder/010’er? Klopt.

Soms moet je op een lager niveau ervaring opdoen, om daarna op het oude nest te pieken.